De opleiding tot Wmo consulent bestaat uit 10 lesdagen, verdeeld over 5 modules. Wekelijks volg je twee lesdagen. Na het doorlopen van alle lesdagen volgt een Proeve van bekwaamheid.
**Module 1: Achtergronden en wettelijk kader Wmo**
In module 1 wordt een theoretische basis gelegd aangaande de Wmo. We gaan aan de slag met veelvoorkomende begrippen en je krijgt inzicht in het wettelijk kader van de Wmo. Hierbij wordt telkens de vertaalslag gemaakt naar de werkzaamheden van de Wmo consulent. Tevens wordt in deze module een eerste stap gemaakt in het verrichten van zorgvuldig onderzoek. De onderwerpen die in deze trainingsdagen worden behandeld komen in de overige modules terug, waarbij zij verder worden uitgediept en toegespitst op verschillende hulpvragen van inwoners. Ook maak je in deze module kennis met de onderdelen die terugkomen in je gesprek met de inwoner. In de hierop volgende modules ga je hier verder mee aan de slag en leer je structuur aan te brengen in je gesprek.
De volgende onderwerpen komen aan bod:
- Historie, visie en uitgangspunten van de Wmo;
- Doelgroep van de Wmo;
- Basisbegrippen uit de Wmo (o.a. zelfredzaamheid en participatie);
- Reikwijdte van de Wmo: wanneer is een Wmo voorziening noodzakelijk en wanneer verwijs je naar een andere oplossing?;
- Wettelijk kader van de Wmo (o.a. Wmo 2015, Algemene wet bestuursrecht, AVG, lokale weten regelgeving);
- Werkzaamheden van de Wmo consulent; het Wmo proces van melding tot besluit;
- Zorgvuldig onderzoeken middels het stappenplan CRvB;
- Structuur van het gesprek met de inwoner;
- De eigen bijdrage.
**Module 2: Onderzoeken en adviseren bij verschillende hulpvragen**
Inwoners kunnen zich met een breed scala aan hulpvragen melden bij een gemeente. Als Wmo consulent stel je afhankelijk van de hulpvraag andere vragen om een volledig beeld van de situatie te krijgen. Zo stel je aan een inwoner met een hulpvraag aangaande vervoer andere vragen dan iemand die zich meldt met een probleem aangaande de financiën. Problemen met de financiën komen immers vaak uit andere beperkingen en belemmeringen voort dan bij een vervoersprobleem. Ook voor mogelijke oplossingen geldt dat deze sterk verschillen per type hulpvraag.
In deze module leer je voor de meest voorkomende hulpvragen in de Wmo hoe je middels je onderzoek de situatie volledig in kaart brengt, welke oplossingsmogelijkheden er zijn en hoe je uit deze mogelijkheden de goedkoopst adequate oplossing selecteert. Iedere lesdag staan specifieke hulpvragen en oplossingsmogelijkheden centraal:
Dag 1: Huishouden;
Dag 2: Vervoer;
Dag 3: Hulpvragen aangaande respijtzorg (ochtend) en verplaatsen/rolstoelen (middag);
Dag 4: Wonen;
Dag 5: Hulpvragen gerelateerd aan begeleiding en beschermd wonen.
Tevens wordt iedere lesdag een specifiek onderwerp behandeld die relevant is voor het verrichten van zorgvuldig onderzoek. Denk hierbij aan onderwerpen als:
Verdieping eigen kracht, gebruikelijke hulp en sociale netwerk; wat mag je wel en niet verwachten? - Anti-revaliderend/ invaliderend effect; - Opvragen van onafhankelijk medisch advies; - Formuleren van meetbare (SMART) doelen en resultaten; - Mogelijkheden van aanpalende wetgeving (Jeugdwet, Participatiewet, Zvw, Wlz, Meldcode, Wvggz, Wzd);
Om een volledig beeld te krijgen van voorzieningen aangaande het vervoer, verplaatsen en wonen zal de 4de lesdag van deze module plaatsvinden bij Kersten hulpmiddelen in Houten. Kersten stelt op hun locatie diverse voorzieningen ter beschikking. Op deze manier wordt de behandelde theorie tastbaar gemaakt en direct vertaald naar de praktijk.
**Module 3: Verstrekkingsvormen van Wmo maatwerkvoorzieningen**
Pas wanneer er geen andere oplossingsmogelijkheden zijn, wordt er een maatwerkvoorziening vanuit de Wmo verstrekt. Een maatwerkvoorziening kan worden verstrekt middels Zorg in Natura (ZiN) of een persoonsgebonden budget (pgb). Beide vormen kennen hun eigen voorwaarden en voor- en nadelen. Als Wmo consulent moet je de inwoner hier helder en volledig over kunnen informeren. Bij een pgb dien je bovendien aanvullend te onderzoeken of het budget passend beheerd kan worden en of de kwaliteit van de ondersteuning gewaarborgd is. In deze lesdag leer je hoe je dit op een zorgvuldige manier doet. Daarnaast wordt er stilgestaan bij diverse andere zaken waar je rekening mee dient te houden bij het realiseren van een Wmo maatwerkvoorziening.
Deze lesdag komen de volgende onderwerpen aan bod:
- Zorg in Natura: wat is het en wat zijn de vooren nadelen?
- Verankering pgb in de Wmo 2015;
- Toetsen van de pgb-vaardigheid;
- Eisen aan kwaliteit van zorg;
- Beoordelen van het zorg/budgetplan en de zorgovereenkomst;
- Afwijzings-, intrekkingsen terugvorderingsgronden;
**Module 4: Gespreksvaardigheden**
In het onderzoek van een Wmo consulent is het gesprek met de inwoner je voornaamste onderzoeksbron. Hoe zorg je ervoor dat je in dit gesprek zo veel mogelijk informatie ophaalt? Hoe doe je dit op een manier waarbij je rekening houdt met de beperkingen van de inwoner en de inwoner zich daadwerkelijk ook gehoord voelt? En wat doe je wanneer er weerstand of conflict ontstaat in het contact met de inwoner? In deze lesdag gaan we hiermee aan de slag.
De volgende onderwerpen worden behandeld:
- Gesprekshouding; invloed van persoonlijke voorkeuren, normen en waarden in het contact met de inwoner;
- Aansluiten bij de inwoner en ervoor zorgen dat deze zich daadwerkelijk gehoord voelt;
- Vergroten van de motivatie en eigen kracht: doorbreken van probleemdenken;
- Taalgebruik aanpassen op de inwoner;
- Invloed van de non-verbale houding;
- Omgaan met intern conflict en verantwoordelijkheidsgevoel;
- Herkennen en ombuigen van weerstand;
- Het slechtnieuws gesprek;
- Adequaat aangeven van grenzen;
- Oefenen met een actrice.
In deze module wordt gebruik gemaakt van onderdelen van diverse bewezen effectieve gespreksmethodieken als motiverende gespreksvoering en oplossingsgericht werken.
**Module 5: Rapporteren**
Als Wmo consulent rond je je onderzoek af middels het opstellen van een verslag waarin je de situatie van de inwoner weergeeft en adviseert over oplossingen voor de hulpvraag van de inwoner. In het opstellen van je verslag dien je met diverse zaken rekening te houden. Zo moet uit je verslag blijken dat je volledig en zorgvuldig onderzoek hebt verricht. Daarbij moet het ook nog goed leesbaar zijn voor de inwoner en is het belangrijk dat je advies voldoende juridisch onderbouwd is. Daarnaast speelt privacywetgeving ook nog een rol (AVG). In deze lesdag leer je hoe je al deze facetten in passende mate terug laat komen in je verslaglegging.
De volgende onderwerpen komen aan bod:
- Wettelijk kader aangaande rapporteren (o.a. Wmo 2015, AVG en Awb);
- Burgergericht rapporteren;
- Juridisch onderbouwd rapporteren en besluiten.
**Proeve van bekwaamheid**
De proeve van bekwaamheid bestaat uit een kennisgedeelte en een praktijkgedeelte. In de kennistoets worden vragen gesteld over de inhoud van alle modules. Deze toets maak je thuis. Je krijgt van de beoordelaar persoonlijk een reactie. Daarna voer je de praktijkopdracht uit, bestaande uit het voeren van een gesprek en het schrijven van een onderzoeksverslag. Ter voorbereiding op het gesprek krijg je gegevens van een inwoner, waarmee je je thuis kunt voorbereiden. Voor het gesprek kom je naar onze locatie in Utrecht. Daar voer je het gesprek met de inwoner (een acteur). Na het gesprek krijg je de gelegenheid te reflecteren op je werkwijze en hoor je van de acteur en van de beoordelaar hoe zij vonden dat het gesprek is gegaan. Je krijgt hierbij waardevolle tips die je helpen in de gesprekken met de inwoner. Wanneer je het gesprek succesvol hebt afgerond verwerk je de gegevens uit het gesprek in een verslag. Deze wordt nagekeken door de beoordelaar en ook hierop krijg je feedback.
Evaluatie
De beoordelaar geeft voor alle onderdelen een score en aan de hand daarvan wordt bepaald of je de proeve met goed gevolg hebt afgelegd. Wanneer je de proeve van bekwaamheid volledig hebt afgerond ontvang je het Bender certificaat voor de opleiding tot Wmo consulent!